Linda Thompson
Proxy Music
De hoesfoto, een foto van een pin-upgirl en de titel tonen een vette knipoog naar het debuut van Roxy Music, de pin-up is Linda Thompson in identieke pose zoals het model op het debuut van Roxy Music zo’n 52 jaar geleden. In die periode was de zangeres al een bejubeld icoon. Als Linda Pettifer van Glasgow terug naar Londen verhuist zingt ze jingles in en brengt in ‘68 onder de naam Linda Peters een single uit, een cover van Dylans You Ain’t Goin’ Nowhere, een duet met Paul Mc Neil. Een jaar later volgt een tweede single van het duo en ontmoet ze Richard Thompson. Als die uit Fairport Convention stapt engageert hij Linda als zangeres voor zijn solodebuut The Human Fly, het echtpaar vormt samen met Simon Nichol Hockey Pokey en Linda zingt even bij Fairport Convention.
De songs van Richard en de zang van Linda vormen unieke combinatie die een reeks uitzonderlijke langspelers oplevert na Hokey Pokey volgen nog een handvol duo-projecten in 1982 afgesloten met Shoot Out The Lights, hetzelfde jaar wordt het huwelijk van de Thompson’s ontbonden.
Blijkbaar was Linda geïntimideerd door Richard’s songwriters capaciteiten, ze etaleerde haar talent met eigen werk op One Clear Moment het solodebuut in ’85. Ondertussen staken stemproblemen die zich al eerder manifesteerden opnieuw de kop op. De opvolger liet lange tijd op zich wachten en het meest recente It Won’t Be Long Now dateert uit 2013.
Een opvolger was niet gepland, Linda wou enkele van haar nieuwe songs door bepaalde zangers laten opnemen. Het start met Or Nothin At All dat ze via proxy naar haar getalenteerde zoon Teddy stuurt om dat samen met Martha Wainwright en hulp van pianist Daniel Mintseris op te nemen. Het blijft niet bij die ene opname, naast haar zoon Teddy die instrumentatie en productie verzorgt brengt dochter Kami The Solitary Travellers, een sfeervol duet met Teddy.
Bonnie Lasse wordt uitgevoerd door de Reid broertjes van The Proclaimers met pomporgel en teder fiddle werk van Aly Bain. In Mudlark horen we naast vocale bijdragen van Kami en Teddy de stem Linda, schoonzoon James Walbourne debiteert het prachtige akoestische snarenspel, het lijkt wel lang vergeten traditional die terug opgepikt wordt. In I Used To Be So Pretty duikt Richard Thompson op, zijn onnavolgbare gitaarspel flankeert de zang van Ren Harvieu.
Het is overigens niet alleen de Thompson clan die hier figureert, telgen uit andere muzikale families komen eveneens uitgebreid aan bod. Naast Martha is Rufus Wainwright present met de jazzy croonersballade Darling This Will Never Be. Eliza Carthy toont haar kwaliteiten als zangeres en violiste in het wervelende That’s The Way Polka Goes.
Teddy Thompson werkte ooit samen met Dori Freeman en overtuigde de Amerikaanse om het in melancholie gedrenkte Shores Of America op te nemen. Voor John Grant reisde Thompson af naar Reykjavic om daar de song John Grant in te blikken. Overigens krijgt Teddy krijgt het laatste woord met Those Damm Roches met gezangen van vader Richard en zowat al die telgen uit die legendarische folk dynastieën die in de opnamesessies figureerden.
Fraaie interpretaties van haar songwerk vormen een bijzonder mooi eerbetoon en verjaardagscadeau voor Linda Thompson die ondertussen wellicht uitgezongen maar als songwriter nog lang niet uitgeschreven lijkt.