Keith Richards
Talk Is Cheap (30th anniversary edition)
Talk Is Cheap was niet de eerste solo-escapade voor Keith Richards. In 1978 – hij noemde zich toen nog Keith Richard – had hij al een solo-singletje uitgebracht, met covers van Run Rudolph Run (een rauwe Chuck Berry-ode) en The Harder The Come (Jimmy Cliff diep in de dubreggae gedrenkt). Dat werk sloot redelijk aan bij waar The Stones ten tijde van de toen meest recente albums Black And Blue (1976) en Some Girls (1978) zelf mee bezig geweest waren.
Tien jaar later verscheen een compleet soloalbum van Keith. Toen lagen de kaarten heel anders. Op het een na laatste Stones-albums Undercover (1983) is de discosound duidelijk hoorbaar in songs als Undercover Of The Night en Too Much Blood. Keith maakt er geen geheim van dat die invloed niet bij hem vandaan komt. Bij de opnames van opvolger Dirty Work (1986) zijn wel allerlei soul- en rhythm & blues-grootheden aanwezig, van Bobby Womack tot Don Covay en Jimmy Cliff, maar Jagger en Richards kunnen elkaars bloed rond die tijd wel drinken. Een belangrijke reden daarvoor is dat Jagger in ’85, als de andere Stones – met name gitaristen Richards en Wood – weer de studio in willen. Jagger heeft geen tijd, want hij is druk met de promotie van zijn soloplaat She’s The Boss. Die is dan al uit, maar Mick vind het maken van remixes voor singles en 12-inches van zijn solowerk op dat moment belangrijker dan een nieuwe Stones-plaat.
Dat gegeven is voor Keith nog tot daar aan toe, belangrijker is de kwaliteit van dat solowerk. Was Mick nu eens iets gaan doen dat hij onmogelijk met The Stones had kunnen doen – middeleeuwse liederen met harpbegeleiding – dan was er begrip voor geweest. De pogingen om mee te komen met de jongere generatie van Michael Jackson en Prince waren in Keiths ogen volledig misplaatst en een bewijs dat Mick de weg kwijt was. Toen hij eenmaal terugkeerde op het Stones-honk, had hij nauwelijks songs. Logisch, want die waren op de soloplaat terechtgekomen.
Nadat Dirty Work uiteindelijk was verschenen – Steve Lillywhite grapte dat hij de ‘eer’ had gehad de slechtste Stonesplaat ooit te hebben geproduceerd – hadden The Stones toch wel zin om ermee op tour te gaan. Behalve Mick.
Dit was Keith het signaal om zijn eigen plan te gaan trekken. Met Steve Jordan werkte hij toen al aan de Chuck Berry-film Hail Rock ‘n’ Roll. Hij en Waddy Wachtel vormden samen met Keith de basis voor de band The X-Pensive Wino’s, een gelegenheidsband die al direct retestrak klonk. In Frankrijk trok de vijfmansband (met ook nog Charley Drayton en Ivan Neville) de studio in en nam materiaal op dat klonk zoals The Stones op dat moment hadden moeten klinken: rauw, zompig, soulvol.
Dat Make No Mistake de sound heeft van de platen van Al Green op Hi Records is niet heel vreemd: Willie Mitchell zelf heeft het blazersarrangement gemaakt en The Memphis Horns spelen het. Funky is ook Big Enough (niet gek met Bootsy Collins zelf ‘on bass’ en Maceo Parker op de sax). Locked Away gaat enigszins de countryrock-kant op, maar lang niet zo ver als Dead Flowers. Ook You Don’t Move Me is qua sound een verademing en klinkt nergens ook maar een beetje als de gladde sound die de tweede helft van de jaren tachtig in de mainstream zo kenmerkte (en waar Mick zich rond die tijd zo in onderdompelde).
Hoe slecht The Stones er in ’86 ook voor stonden, de stekker eruit trekken, was geen optie. Keith wist dat het weer goed zou komen. Inderdaad was Steel Wheels uit ’89 weer een veel sterkere Stonesplaat. En achteraf blijkt Talk Is Cheap de wake up call die Mick nodig had.
De ‘dertigste verjaardag’ van Talk is Cheap wordt gevierd – om onduidelijke redenen exact en half jaar te laat – met een reissue die een dik boek omvat, een pakket aan ‘memorabilia’ en een bonus-cd’tje met zes tracks. Deze ‘Talk Is Cheap Sessions’ bevatten een cover van Willie Dixon’s My Baby en Big Town Playboy van Little Johnny Jones. De andere vier tracks zijn volstrekt inwisselbare blues jams van het soort dat elke willekeurige band in elke willekeurige garage (of opnamestudio) kan produceren. Qua sound heeft dit materiaal overigens ook zeer dicht naast de Stones-mal gelegen.
Het moet gezegd: Talk Is Cheap, dat werd gemaakt terwijl Mick ‘hip and happening’ probeerde te zijn met Primitive Cool – de opvolger van She’s The Boss – , laat vooral horen dat Keith de bluespurist van The Glimmer Twins is. Maar echt beklijvende songs bevat Talk Is Cheap toch niet. De historische meerwaarde van dit project is dat Keith – in tegenstelling tot Mick – aan hun fans liet horen dat zijn sound het dichtst bij de Stones-sound stond en dat Mick niet alleen degene was die met Michael Jackson de hitparade in dook, maar ook degene was die met zijn Let’s Work aangaf hoe ver hij met dit yuppen-anthem was afgedreven van de licht-anarchistische Stones-ideologie.
Op hun beste momenten versterken Mick en Keith elkaar, geeft Mick aan Keith’s bluesriffs net dat ‘trendy’ zetje dat ze uniek maakt. Of ze stappen allebei voor honderd procent terug in de tijd zoals op de prachtige bluesplaat Lonesome And Blue uit 2015. Dat zat er in 1988 even niet in, zodat Mick en Keith hun heil elk even buiten The Stones zochten. Dat Talk Is Cheap minder gedateerd klinkt dan She’s The Boss en Primitive Cool komt vooral doordat Keith wars was – en is – van geflirt met modieuze trends. Hij maakte daarmee een in muzikaal opzicht tijdloze plaat. Wanneer we het songmateriaal op de keper beschouwen, is toch vooral duidelijk hoe hard Mick en Keith elkaar nodig hadden en hebben.
Tracklisting Talk is Cheap (30th anniversary edition):
CD 1:
- Big Enough (2019 – Remaster)
- Take It So Hard (2019 – Remaster)
- Struggle (2019 – Remaster)
- I Could Have Stood You Up (2019 – Remaster)
- Make No Mistake (2019 – Remaster)
- You Don’t Move Me (2019 – Remaster)
- How I Wish (2019 – Remaster)
- Rockawhile (2019 – Remaster)
- Whip It Up (2019 – Remaster)
- Locked Away (2019 – Remaster)
- It Means A Lot (2019 – Remaster)
CD 2: (bonusdisc – Talk Is Cheap Sessions):
- Blues Jam (2019 – Remaster)
- My Babe (2019 – Remaster)
- Slim (2019 – Remaster)
- Big Town Playboy (2019 – Remaster)
- Mark On Me (2019 – Remaster)
- Brute Force (2019 – Remaster)