Interpol
Interpol
Reikhalzend werd uitgekeken naar dit nieuwe album van Interpol in de wetenschap dat de band had aangekondigd terug te keren naar de sound van het geweldige debuutalbum Turn On The Bright Lights uit 2002. Maar er was nog een belangrijke reden om de spanning op te voeren. Bassist Carlos Dengler kondigde namelijk kort na de opnamesessies zijn vertrek aan. Samen met gitarist Daniel Kessler legde juist hij het fundament voor het nieuwe album. Omdat zijn vertrek niet uit de lucht kwam vallen is het een terechte vraag of en in hoeverre deze bewuste keuze grote impact gehad heeft op het eindresultaat.
Interpol 2010 is wellicht het meest duistere album dat de groep gemaakt heeft en absoluut een groeiplaat die tijd en draaibeurten nodig heeft om de verslaving een kans te geven. Daar waar menig criticus en recensent zijn pen al diep in de inkt heeft gedoopt om te constateren dat de spanningsboog in hun nieuwe muziek ver te zoeken is en de band zich er bij vlagen gemakkelijk van af maakt met een aantal typische Interpol-rifjes en refreintjes, word ik per beluistering juist verder in de dreigende (onder)wereld van duistere gevoelens gezogen en steeds enthousiaster.
Vooral de eerste helft van het album maakt veel indruk. Na de pakkende opener Succes volgt met Memory Serves meteen één van de hoogtepunten van het album. De onderhuidse spanning is vanaf het eerste gitaargeluid voelbaar en door de uitstekende opbouw en de meeslepende zang van Paul Banks grijpt het nummer je langzaam maar zeker bij de keel, “Don’t have to say that you’d love to, but they’d be pleased that you want to”, klinkt het subtiel dreigend in de slotminuut. Na het niet onaardige, zelfs vrij vrolijk klinkende Summer Well dalen we met de eerste, verrassende single Lights weer af in de catacomben van de dolende geest. Je hoeft geen hypochonder te zijn om de losgemaakte gevoelens op je in te kunnen laten werken (“On that eye see peaceful life’s running away from me”). Het uptempo, dynamische Barricade sluit de eerste energieke helft als nieuwe singlekandidaat overtuigend af.
Daarna neemt Interpol bewust gas terug met Always Malaise (The Man I Am), een rustig nummer en openhartig nummer waarin we in Paul weer de gekwelde zanger herkennen, bijzonder fraai! Het daaropvolgende Safe Without is echt zo’n nummer dat de eerste keer nauwelijks blijft hangen maar zich naar verloop van tijd ongemerkt in je hoofd nestelt. De laatste trits nummers Try It On, All Of The Ways en The Undoings was bewust als afsluitend drieluik bedoeld. Het zijn meteen ook de nummers die het minst toegankelijk klinken maar daarom niet minder interessant zijn. In The Undoings wordt zelfs afwisselend in het Spaans en Engels gezongen, “I was chasing my damage… Me Suelto”, wat de muziek nog donkerder doet klinken. Interpol 2010 laat zich niet echt vergelijken met de drie prima voorgangers uit 2002, 2004 (Antics) en 2007 (Our Love To Admire) maar maakt het kwartet albums toch overtuigend vol.
De volgende vraag die zich aandient is hoe Interpol gaat klinken als men een plaat zonder Carlos Dengler maakt, met de nadruk op als. Voorlopig gaat Interpol eerst touren met dit album. In Nederland speelt de band op zondag 21 november in de Heineken Music Hall met bassist David Pajo (o.a. Papa M./ Tortoise) en zanger/keyboardspeler Brandon Curtis van The Secret Machines.