Gregg
Gregg Stewart
Gregg Stewart groeit op in een troosteloos trailerpark in een industriegebied in New Yersey. Hij verhuist naar Californië om verder te studeren, de artistieke ambities moeten even wijken voor een job als vorkliftchauffeur in de fabrieken van Ontario. Met enkele lotgenoten zet hij een punkband op en belandt op zijn tweeëntwintigste in bij een muziek uitgeverij ondertussen leidt hij een door een zangeres aangevoerde soulpopformatie naar een platendeal.
Stewart verkiest om het werk met zijn band Stewboss te lanceren op zijn eigen platenfirma Stewsongs Records. Tussen opnamesessies en tournees toont naast composities voor andere artiesten zijn vakmanschap in de soundtracks voor films, TV-series en documentaires. Die veelzijdigheid kleurt ook zijn titelloze ‘debuut’.
In het op stevige riffs opgetrokken R for Rockstar staat de R duidelijk voor de Rolling Stones terwijl Stone Cold Fox zich eveneens in dat ruige rocksteegje manifesteert met vlammende gitaren. Als het meer richting pop uitgaat, wordt het interessanter, Let’s Go Find Tonight is al een knappe midtempo-rocker op verfijnd orgelwerk, een melodieuss Nobody Like You klinkt nog overtuigender.
When the Work Is Done zit al enigszins in een sfeervolle Americana flow, dat gevoel wordt nog versterkt met What Am I To Do, een naar de jaren zeventig lonkende dansvloerschuiver en de kabbelende ballade waarmee afgesloten wordt. Dat kabbelende, soms ietwat vrijblijvende karakter is overigens het enige echte minpuntje dat we Gregg Stewart kunnen aanwrijven.
Ondertussen eert Stewart op een tweede langspeler Twenty Sixteen illustere muziekhelden die ons in 2016 zijn ontvallen. Onder andere George Michael, Prince, Leon Russell, Merle Haggard, Guy Clark, Cohen en Bowie worden met respectvolle interpretaties van hun onsterflijke songs bedacht.