Geraint Watkins
Rush Of Blood

Het is wellicht de meest bevraagde pianist en accordeonman in de Britse pop- en rockscène. In de jaren zeventig trekt hij met Red Beans and Rice, de aandacht en verhuist vanuit Wales naar Londen. Daar komt hij in het pubrockcircuit, terecht, werkt er met Mickey Jupp. Watkins is jarenlang een spilfiguur in de roadbands van Dave Edmunds en Nick Lowe en betrokken bij talloze studiosessies, hij vergezelde Van Morrison op tournee en maakt deel uit van Bill Wyman’s Rhythm Kings en Willie and The Poor Boys. Ondertussen zet hij na een eerste langspeler met The Dominators in de jaren tachtig The Ballham Alligators op, die formatie bouwt met een aanstekelijke mix van rock-’n-roll, country en cajun wilde dansfeestjes tot diep in de jaren negentig.
Eind jaren negentig is er opnieuw solowerk Watkins Bold As Love en de tussen zijn drukke tour- en sessieschema tot stand gekomen opvolgers tonen in een samenwerking met muzikanten die eveneens bij Nick Lowe opduiken, een relaxte, charmante melange van R&B, soulgetinte torch en late night jazz die Watkins’ muzikale voorgeschiedenis reflecteert.
Vijf jaar na Moustique gaat Watkins verder met Rush Of Blood, zijn oude getalenteerde gabbers zoals gitarist Steve Donnelly en drummer Robert Treherne(Bobby Irwin) die kort na de opnamesessies van de voorganger overlijdt, zijn er niet meer bij. Watkins start een nieuw muzikaal avontuur op met producer Simon Ratcliffe van het electric duo Basement Jaxx. Rattcliffe is evenals Watkins een bevlogen multi-instrumentalist, het duo vertoeft samen aan de schrijftafel en verzorgt zowat de integrale soundtrack. De met sfeervolle, breed uitwaaierende strijkers verluchte opener Rush Of Blood draaft onversttorbaar naar de weidse prairie, Missle Of The Night situeert zich eveneens in zo’n western sfeertje.
We vinden ook fijn balladewerk terug met Heaven Only Knows en On The Inside en de soulvolle slijper I Got The Blues onveranderlijk met een ietwat wankel maar warm timbre gedebiteerd. Daar past zo’n volronde bas perfect bij,verfijnd bepoteld door Little George Sueref. Hold Back en het op primitieve fingerpicking en pedalsteel geënte On My Mind lardeert hij met harmonica en vocale backing.
Sober geïnstrumenteerde passages als Heart Of Stone worden opgetild met zang van Kira Small en smartelijke pedalsteel van David Hartley.“I got a reason to live” zingt Watkins in een volledig, naast orgel speelt de pianoman ook bas en gitaar, eigenhandig ineen geknutselde soepele swinger. Hij overschouwt met milde ironie zijn muzikale verrichtingen in Another Day Over, om uiteindelijk tevreden weg te walsen in de maneschijn en breidt nog een zweverig pianostukje aan dit fijne werkstuk.