Dutch Uncles – O
O Shudder
Die van mij heten onder anderen Jan, Klaas, Appie, Koos en Bob. Ooms van de koude klei. Dutch Uncles. Aardige kerels. Stuk voor stuk. Geenszins mannen die stevig commentaar leveren op alles en iedereen, waar de typering ‘dutch uncle’ voor staat. Niks mis met die ooms van mij.
Lieflijk zijn ze. Hebben het beste met je voor. Geen dissonant zit ertussen. Ze zouden zo kunnen spelen in de Britse band Dutch Uncles, een formatie die minstens zo charmant en aimabel is als die ooms van mij. Ook op het vierde album van de heren uit Marple, dat in Noord-Oost Engeland ligt.
O Shudder is een plaat die bruist, die overloopt van optimisme. De lichtvoetige indiepop van het vijftal is het muzikale equivalent van de lente. Liedjes zo springerig als lammetjes in de weide. Echt waar. Vrolijk en innemend. Dat heeft niet alleen te maken met de prima, door veel elektronica ondersteunde popmelodieën die het vijftal uit de mouw schudt, het staat ook niet los van het stemgeluid van Duncan Wallis, dat een soort luchtige variant is op dat van Antony Hegarty. Alle zwaarmoedigheid lijkt eruit te zijn gezogen.
Dutch Uncles hebben zich op hun nieuwe album laten inspireren door een wijd palet aan artiesten. En dat zijn niet de minsten: Kate Bush, The Blue Nile, Stravinsky (!), Japan en Prefab Sprout bijvoorbeeld. Desalniettemin klinkt een en ander behoorlijk authentiek. Heeft natuurlijk gedeeltelijk te maken met de stem van Wallis, die je net als die van Hegarty overal tussenuit kunt pikken.
Ondanks de pregnante elementen speelsheid en luchtigheid die het geluid van Dutch Uncles zo kenmerken, is het gezelschap niet te beroerd wat zwaardere thema’s aan te stippen in de teksten. Zo zijn daar seksueel falen, terrorisme, echtscheiding, banenjacht, twijfel en gezondheidszorgen.
Gek genoeg dringt die thematiek nauwelijks binnen, omdat de liedjes ronduit etherisch zijn, zonder dat je je daaraan kunt storen. O Shudder is misschien wel de luchtigste plaat van de laatste tijd.
Het enige verwijt dat je Dutch Uncles zou kunnen maken is het feit dat de elf liedjes op O Shudder een zekere eenvormigheid hebben. Maar hé, het is al lekker vroeg lente. Een kniesoor derhalve, die daarom maalt.