Dream Theater
Parasomnia

Mike Portnoy is terug bij Dream Theater. En, als je af mag gaan op Parasomnia, is dit zowel voor de band als voor Mike een soort thuiskomen. En, let wel, van de gelukkigere soort. Vooropgesteld, Mike Mangini, de man achter de kit tijdens de langjarige afwezigheid van Portnoy, onder meer te beluisteren op Dream Theater en The Astonishing, is een uitstekend drummer die juist ook zijn eigen invulling gaf aan het drumwerk bij de band. Geen geringe stap om het van een van ‘s werelds beste drummers over te nemen en dat met verve te doen.
De afgelopen jaren had Mike alweer samen gespeeld met John Petrucci zowel op zijn soloalbum Terminal Velocity als op het derde album van Liquid Tension Experiment waar ook Jordan Rudess op meespeelde; de signalen dat een terugkeer tot de mogelijkheden behoorde, waren dus wellicht al door meer mensen opgemerkt. Tegelijkertijd, voor Mike Mangini kwam het bericht toch nog onverwacht. Desondanks toonde hij er begrip voor.
Vóór zijn vertrek was Mike nadrukkelijk een spil in de band die zijn invloed zeker ook liet gelden; dat deed hij zeker ook in creatieve zin. Niet helemaal gek als een van de grondleggers van de band. Veel van de teksten waren van zijn hand. Dat is op Parasomnia wel anders; hier schreef hij de tekst van Midnight Messiah voor, met refertes naar eerdere albums en songs van de band.
Wat de terugkeer van Mike in ieder geval betekent, is dat het album ademt. Er zit lucht, er zit licht in. En dat hoor je al vanaf openingstrack In The Arms Of Morpheus. Zodra je de eerste secondes ervan hoort, gaan je gedachten onwillekeurig naar Metropolis, Pt. 2: Scenes From A Memory, het eerste album dat de band uitbracht in de bezetting waarmee ze nu terug zijn. Jordan Rudess op toetsen, John Petrucci op gitaar, John Myung op bas, James LaBrie op zang en Mike op drums. De herinnering wordt getriggerd door de geluiden die helemaal aan het begin zijn opgenomen. Dat was bij het eerder genoemde album ook het geval. Zou Parasomnia net zo’n succesvol en boeiend album zijn?
De opener, zie het maar als een ouverture, vraagt je aandacht en je blijft luisteren. Na de aaneenschakeling van geluiden van een thuiskomend persoon gaat de band aan de slag. Eerst kalmpjes en ingetogen tot het geluid vervormt en je meteen en onmiskenbaar hoort dat Dream Theater terug is. Hoor je verrassende elementen? Nou, dat misschien niet direct, maar wat je hoort klinkt wel erg prettig. Zoals gezegd, direct herkenbaar als Dream Theater: harde passages met kneiterharde riffs wisselen af met gloedvol toetsen- en gitaarspel. Hoor de interactie tussen Jordan en John Petrucci, hoor hoe de ritmesectie zowel een stevige basis neerlegt en ook inspeelt op het spel van Jordan en John. John Myung, de stille meesterbassist die misschien wel de meest geëigende partner is voor het spel van Mike. De ouverture dus zonder de zang van James, die komt vanaf Night Terror in beeld.

En wat is Night Terror voor geweldige track! Het is een van de nummers die voorafgaand aan de release van het album werden uitgebracht, als je het hoort op de albumpositie valt het helemaal op zijn plaats. Het past hier uitstekend. Dit is waar Dream Theater naam mee maakte, weergaloze nummers maken waarin melodie en heavy aanpak hand in hand gaan. Het nummer was al te horen tijdens de tour én de hele band klinkt hier buitengewoon gretig. Mike kan zijn rol weer oppakken voor de achtergrondzang én dat is toch ook weer een fijne beleving. Wat de band voor elkaar heeft gekregen, is dat het luisteren naar het album weer een vergelijkbare Dream Theater-dorst oproept als in lang vervlogen jaren: de eerste albums van de band maakten dat je ze keer op keer kon luisteren om te beluisteren wat je eventueel bij eerdere beluistering gemist had.
Nee, het is niet zo dat je nu kunt zeggen dat Dream Theater oud werk in de herhaling gooit, integendeel. Door de jaren heen heeft de band zich ook meer en meer van de heavy kant laten horen én dat terwijl die balans met melodie er altijd weer is. Het lukt hen om hun muziek zo intrigerend en fascinerend te laten klinken, dat de wil om opnieuw en opnieuw te luisteren er gewoon weer helemaal is. Of elke liefhebber van de band die mening deelt, dat is de vraag, tegelijkertijd, op het moment dat A Broken Man uit je speakers knalt, ook echt serieus knalt, met een barrage van de heren Rudess, Petrucci, Myung en Portnoy, weet je dat de mannen er zin in hebben. Neem je de uitnodiging aan?

Het is werkelijk een genot om naar de individuele partijen te luisteren én daarbij te luisteren naar hun rol in het geheel. De toetsen van Jordan, nooit teveel, steevast goed gedoseerd, de smaakvolle partijen van John Petrucci, het altijd ingenieuze basspel van John Myung en de drums van Mike die de ruimte in het album juist mee vormgeven. Dat klinkt misschien paradoxaal omdat het geluid van drums natuurlijk in het klankbeeld plek inneemt, maar het is gewoonweg fantastisch om te luisteren naar hoe Mike de partijen gedrumd heeft op zijn imposante kit: je hoort, bij wijze van spreken, gewoon de grootte van de kit terug. Ook in alle accenten die hij speelt in het jazzy intermezzo van het nummer. Een nummer met een heerlijke opbouw waarin Jordan en John Petrucci ook helemaal voluit mogen gaan.
En James? De beste man heeft het door de jaren heen vaker moeten ontgelden; er was veel kritiek op zijn zang, met name in live setting. Op dit album klinkt James uitstekend. Hij gaat misschien niet meer zo de hoogte in als vroeger, zijn zanglijnen passen prima en de teksten zijn nu uitstekend te volgen. Je kunt gerust zeggen dat James ook een prestatie van formaat levert.
Het album verhaalt over allerlei abnormale gedragingen en verschijnselen die zich tijdens de slaap kunnen voordoen. Dat kan zeer uiteenlopend zijn van nachtmerries, praten in de slaap, tandenknarsen, zeer levendige dromen, slaapstuipen en angstaanvallen, slaapwandelen, levendige dromen of nachtmerries, praten in uw slaap, tandenknarsen tot aan slaapstuipen. De slaper in kwestie realiseert zich tijdens de slaap niet wat hij doet. Als je lijdt aan parasomnia, eigenlijk ‘verkeerde slaap’ heb je mogelijk symptomen als slaperigheid en prikkelbaarheid overdag, net als stemmingswisselingen en een aantasting van je inschattingsvermogen.
Dat is ook precies wat er gebeurt in Dead Asleep dat je als luisteraar deelgenoot maakt van het relaas van een man met parasomnia die in zijn slaap dacht dat hij een inbreker in huis meende te betrappen en er mee afrekende om er daags erna achter te komen dat hij zijn vrouw omgebracht had in zijn slaap. Wat heeft de band het nummer sterk opgebouwd, van het zeer kalme begin, naar de ontzettend strakke riff van het nummer en wat geeft John weer een fraaie gitaarsolo ten beste aan het begin van het nummer! In het verleden was het algemene verwijt aan de band nog wel eens dat ze zich teveel richten op de technische krachtpatserij én dus het etaleren van hun kunnen. Als je zo goed bent als muzikant, kun je je talent niet verloochenen. Op Parasomnia is echter geen sprake van overkill; je wil de kwaliteiten van de mannen wel horen. En dat doen ze dus in de acht nummers. Dead Asleep is een heerlijke mix van heavy, van progklanken en van jazzy spel daarbij. Is het genieten? Zeker wel!
Midnight Messiah opent opnieuw rustig, kabbelend welhaast, een stem die aangeeft dat de spreker graag echt wakker wil worden, terwijl die zich in zijn dromen misschien wel beter voelt. Het is een heavy nummer dat zijn groove opbouwt waarna John Petrucci een stevige riff uit zijn mouw tovert die in het thrashgenre niet zou misstaan, sterker, die misschien wel een speels eerbetoon kan zijn aan een van de grote bands uit dat genre. Je kunt je in elk geval voorstellen dat bij het live brengen van dit nummer er zomaar een citaat zou kunnen worden geplukt uit het nummer waar dit mogelijk een ode aan is. Ligt het er dan heel dicht op? Nee, dat is zeker niet het geval. Het drumspel, speels en ruimtelijk hier, geeft het nummer ook een heel ander accent. De zang van James is wederom sterk en het samenspel van Jordan en John in een steeds versnellend tempo maakt het nummer tot een erg gave track.
Een intermezzo in de vorm van Are We Dreaming? breekt de ban even en leidt je als luisteraar naar Bend The Clock. Zó wil je dat een band een (semi-)ballad maakt én wat is het een ongekend gaaf nummer. Misschien wel het meest toegankelijke nummer op het album, het maakt ook wel duidelijk dat techniek en gevoel heel goed met elkaar kunnen samengaan. Fraai toetsenwerk van Jordan als basis en met een bloedmooie solo van John Petrucci die hier werkelijk de sterren van de hemel speelt.
Dream Theater zou Dream Theater niet zijn als er niet ook nog een echt langer nummer op het album zou staan. The Shadow Man Incident, met net geen twintig minuten op de teller, neemt hier die plaats in. Epische nummers bouwen, maken, smeden, dat is iets waar de band in uitblinkt én, als je je bedenkt dat de opening van deze recensie ging over thuiskomen, dan is The Shadow Man Incident eenvoudigweg de apotheose, niet alleen van die gedachte, maar van het hele album. Man, man, man, wat is dit een gaaf nummer! Zoals de band hier klinkt én dat dus over de volle lengte van het album, zijn ze op topsterkte.
Het is lang geleden dat Dream Theater zó binnen kwam; de manier waarop Parasomnia zijn entree maakte, onderstreept over de hele lijn dat gevoel van thuiskomen. Het is misschien niet het meest experimentele album van de band, maar de manier waarop het album je consequent trekt om het opnieuw en opnieuw en opnieuw te beluisteren én iedere keer opnieuw andere invalshoeken te vinden en daarvan te genieten, dat zegt ook dat het zeker geen dertien uit een dozijn album geworden is. Integendeel, Dream Theater is terug met een album met spelplezier, met creativiteit en met panache. Als je je veertigste verjaardag viert met een album als Parasomnia, dan lever je gewoon een topalbum af.