×

Recensie

Rock

05 augustus 2020

Deep Purple

Whoosh!

Geschreven door: Marcel Hartenberg

Uitgebracht door: Ear Music

Whoosh! Deep Purple Rock 4 Deep Purple – Whoosh! Written in Music https://writteninmusic.com

2020, het is op zich al een uiterst historisch jaar. Wat het gedenkwaardiger maakt in rockkringen, is dat het ook een jaar is waarin we, 50 jaar na In Rock een nieuwe release van Deep Purple mogen beluisteren. Fervente Blackmore-adepten vinden dat de band al jaren een veredelde coverband is, dan wel een vehikel om de wereld de aan slijtage onderhevige stembanden van Ian Gillan nog eens te laten horen.  Dat is niet alleen makkelijk gezegd, het gaat ook voorbij aan de kwaliteit van de albums die de band de afgelopen jaren uitbracht. Bovendien, anders dan de minstreel in het zwart die zich richtte op het reanimeren van de legende die Rainbow was en die zich daarnaast vooral bezig hield en houdt met renaissance muziek, richtte Deep Purple zich de afgelopen jaren op het schrijven van nieuwe rockmuziek.

Toegegeven, de band leverde in 2013 met Now What?! al een album af dat een zeer waardig einde van de carrière van de rockveteranen had betekend en ja, waren we er daarna eigenlijk niet al van overtuigd dat Infinite uit 2017 het laatste wapenfeit van de band zou zijn?  Zeker toen de tour de naam “The Long Goodbye” kreeg, leek het alsof de band die de wereld de meest legendarische riff ooit gaf, die verantwoordelijk was voor de fraaiste Hammond-Strat interactie, met de zeer strakke en steeds bescheiden ritmesectie én die prachtige zangpartijen uit Child In Time, nu toch wel het einde van hun loopbaan in beeld brachten. Na het overlijden van Jon Lord én de serieuze gezondheidsissues voor meesterdrummer Paice, die andere Ian, zou dat geen gekke gedachte zijn geweest. De tour ging echter door en door. En de band besloot andermaal de studio in te duiken.

Met op gitaar inmiddels sinds jaar en dag de zeer smaakvol spelende Steve Morse en op toetsen de naar veler mening enige rechtmatige opvolger van Jon Lord, Don Airey, de heerlijke drumpartijen van Ian Paice en het prima stuwende baswerk van Roger Glover en de nog steeds zeer behoorlijk zingende Ian Gillan, hoor je aan het album niet dat de gemiddelde leeftijd van de heren inmiddels 72 is. Natuurlijk, de ijzige hoogten van Child In Time haalt Ian niet meer, maar dit album laat horen dat hij vol klasse tot de éminences grises van de rockzangers hoort. Met andermaal de productie in handen van Bob Ezrin, die de band op de eerdere twee albums al als herboren liet klinken, lijkt het, vreemd genoeg, alsof Ian hier het meest ontspannen klinkt, het dichtst bij de vrijheid die hij als jongeling in zijn stem wist te leggen.

Vitaal. Het klinkt paradoxaal om dat te zeggen van een band die al meer dan vijftig jaar actief is. En toch is dat hoe Whoosh! klinkt. Er nu toe doend, met teksten die over het hier en nu gaan. Opener Throw My Bones geeft al meteen het visitekaartje af. Heerlijke riff van Morse met strak spel van Paice er achter en dan al snel de bas van Glover erbij en een heerlijk loopje van Airey. Het tussenstuk geeft de ruimte aan een fraaie solo van Steve. Zijn stempel heeft hij dan al gezet: herkenbare riffs, gevoel voor melodie en verdomd veel gevoel in zijn solo’s. Mooi dat in de clip ook een verwijzing zit naar het vorige album.

Steve opent ook het tweede nummer, Drop The Weapon, snel vergezeld door Don Airey. Een nummer over wapenbezit en hoe het opgeven daarvan de wereld beter kan maken. Gillan in beschouwende modus in de teksten op dit abum. De laatste albums laten die kant wel meer van hem zien. Of horen, liever gezegd. Het nummer biedt Don en Steve de gelegenheid een stukje typisch Purple accent te zetten, met Paice die drumt alsof hij nog zo fris is als ten tijde van In Rock. Purple met koortjes, dat is misschien wennen, maar verdorie, wat klinkt dat goed.

Die koortjes komen ook terug in We’re All The Same In The Dark, met hierin Ian die heerlijk losgaat in zijn zang. Nothing At All maakt het album wat stemmiger, maar met erg fijn samenspel van Don en Steve. Onderscheidend voor het spel van Steve in dit nummer is de ingehouden manier waarop hij speelt, zelfs in de solo is dat te merken. “Hoe Purple wil je het hebben?”, is de vraag als vervolgens Don losgaat in een prachtige toetsensolo. Het is een uiterst relaxed nummer; je kunt je zomaar voorstellen dat Jon Lord van dit nummer ook zeer genoten zou hebben. Á propos Jon, de opening van No Need To Shout roept onmiddellijk herinneringen op aan het titelnummer van het comeback album van Deep Purple MK II, Perfect Strangers. De riff die volgt, tja, die doet wel denken aan Purple ten tijde van Coverdale en Hughes. Afijn, om niet alles weg te geven, ga er vooral eens voor zitten en luister erna: misschien werkt het voor jou wel heel anders.

Wat het album vooral brengt, is dat je de band hoort genieten van wat ze doen. De beide Ians en Roger hebben het alle drie al vaker gezegd: deze band heeft lol met elkaar. Tel daarbij dat ze vinden dat het samen muziek met elkaar maken energie geeft én dat ze het nog naar hun eigen maatstaven kunnen doen en je ziet waarom ze nog een keer met elkaar aan de slag zijn gegaan. Ga er maar eens aan staan, originele nummers schrijven als je al zolang al in de muziek actief bent. Er zijn er natuurlijk wel meer die dat doen, maar daarbij ook nog eens top presteren, dat is toch zeker niet iedereen gegeven. De band kiest er niet voor om op zijn lauweren te gaan rusten, maar gaat ook nu verder op zijn muzikale pad. Met  ‘Whoosh!’ als uitstekend visitekaartje. We hebben al stil gestaan bij een aantal nummers, maar er staan meer fraaie tracks op. Van het ronduit schitterende The Long Way Round (met tekstuele verwijzing naar Ian’s periode bij Black Sabbath), via het wat donkere The Power Of The Moon en de korte instrumental Remission Possible naar het al eerder onder de aandacht gebrachte Man Alive is al een erg mooie run. Met het van Shades Of Deep Purple afkomstige And The Address is er een tweede instrumental te vinden; het is mooi om de twee versies naast elkaar te horen en van de verschillen te genieten. Het spelplezier druipt er hier gewoonweg vanaf. En ja, daarna afsluiten met een voor Purple begrippen bijna dansbaar nummer, zoals al gezegd, de mannen hebben lol met elkaar. Zoals ze zelf zeiden: Deep Purple is putting the Deep back into Purple.

Was Infinite in het rijtje albums die Purple maakte met Bob Ezrin misschien minder sterk dan Now What?!, dan is Whoosh! toch zeker weer zo sterk. Misschien nog wel sterker. De losheid die de band hier uitstraalt, het spelplezier en de nummers die zich echt wel in je hoofd en hart nestelen, ja, ook vijftig jaar na In Rock, weet Deep Purple gewoon weer te overtuigen. Zorg er gewoon voor dat je de kans krijgt om het album te luisteren, je weet wel, op vinyl, of, als je het moderner wilt, op cd. Maar zo in elk geval dat je de teksten ook nog even tot je kunt nemen en dat je kunt genieten van het prachtige artwork. Dat flikken ze ook nog maar even. Maar meer nog dan dat is het hier de synergie van een andermaal uitblinkende Morse op gitaar, een heerlijk swingende Airey die ook de nodige ruimte krijgt naast maatje Morse, de als vanouds sterk stuwende ritmesectie Glover en Paice en de nog immer prima zingende Gillan, die ons ook op dit album met zijn teksten nog iets te overdenken geeft. Vijftig jaar na In Rock, is het Deep Purple dat als enige van de grote drie Britse hardrock bands uit de jaren Zeventig nog actief is en nieuwe muziek brengt. En hoe! Als dit uiteindelijk het slotakkoord van de mannen blijkt te zijn, dan is dat wel een zeer waardig einde van een indrukwekkende loopbaan. Als de band deze energie weet vast te houden, dan zit er misschien nog wel meer in het vat. Zeer fraai album!



  1. Throw My Bones
  2. Drop The Weapon
  3. We're All The Same In The Dark
  4. Nothing At All
  5. No Need To Shout
  6. Step By Step
  7. What The What
  8. The Long Way Round
  9. The Power Of The Moon
  10. Remission Possible
  11. Man Alive
  12. And The Address
  13. Dancing In My Sleep