Caroline Aiken
Broken Wings Heal
Caroline Aiken draait al decennia mee in het muzikale circuit. Vanaf haar zesde volgt ze de gebruikelijke pianolessen en zingt in het koor van de plaatselijke protestantse Kerk in St. Simmons maar Caroline is meer geïnteresseerd in de gezangen van Emma Lee Ramsey, haar zwarte oppas die nog samen zong met Bessie Jones bij de Georgia Sea Singers. Het eiland in Georgia blijkt te klein en op haar vijftiende ontvlucht ze haar zolderkamertje om aan de Westkust leven, ze verblijft ook even in de jungle van Centraal America en keert Caroline terug naar California om uiteindelijk in Seatlle te belanden.
Het avontuur lokt de straatzangeres naar New York City maar het is in Atlanta dat ze de basis legt voor haar muzikale loopbaan. In Eddie’s Attic in Decatur brengt ze Emily Saliers en Amy Ray samen, het koppel maakt later furore als Indigo Girls. Caroline breekt in ‘85 uit het regionale clubcircuit als Bonnie Raitt haar mee op tournee neemt. Het slide werk van La Raitt is overigens te horen op het debuut uit ’88 Line Of Vision. Broken Wings Heal is de vijfde studioplaat naast zowat evenveel live-registraties.
Aiken brengt nogaltijd melodieuze folkpop, die als ze niet aan de piano zit, ondersteund met sprankelende picking op zes en twaalf-snarige akoestische gitaren zoals in Mission Of Angels en Fragile. Naast harmoniezang kleurt de pedalsteel en elektrische gitaar van producer John Keane, die bovendien de ritmepatronen uitzet, de verhalen wat bij. Die verhalen fladderen bij momenten achteloos voorbij op mooie muziekjes zoals Mysterious Wonder, de titelsong waarin Emily Saliers haar oude vriendin flankeert met akoestische gitaar en zang, Saliers komt overigens nog enkele keren langs.
Er passeert ook ouder werk zoals That’s What I Heard en Butler Field , de titelsong van de uit ’97 daterende langspeler. Cry Wolf, kan zo in het repertoire van Raitt en dat heeft niet uitsluitend met de snerpende slide te maken, het broeierig orgeltje is afkomstig van sessie-ace Ike Stubblefield. Randall Bramblett, evenmin een onbekende van Raitt, zorgt met zijn zachte tenorsax voor een jazzy accent in Hello Cruel World en levert ook verfijne toetsenbijdragen.
Het meer intimistische Razor Wire, over Aikens dochter Sarah Page Dukes, die ooit een gewapende overval pleegde om haar heroïneverslaving te financieren en tot tien jaar opsluiting veroordeeld, kerft dieper in de ziel. Een opmerkelijk teder en begripvol relaas van een wanhopige moeder die toch uitkijkt naar een toekomst uitkijkt met haar dochter. “Knowing all that stands between her and the sky is time”.
Een van de mooiste songs is ongetwijfeld de pianoballade Everything Can Change. Dat hoeft niet noodzakelijk voor Caroline Aiken, zolang we zo’n fijn werk van deze schromelijk onderschatte dame krijgen zijn we al dik tevreden.