Brad Mehldau
Après Fauré
Hoezeer de Franse componist Gabriel Fauré (1845-1924) een grote inspiratie is voor menig jazzmuzikant bewees Marc Mommaas twee jaar terug nog met het meesterlijke The Impressionist. Een album dat moeiteloos hoog in onze jaarlijst belandde. Brad Mehldau gaf iets later dat jaar in een interview ook al aan bezig te zijn met een album geïnspireerd op Fauré. Dat album is er nu dan ook: Après Fauré.
Après Fauré heeft een andere insteek dan het album van Mommaas; Mehldau speelt zowel stukken van Fauré als eigen werk en Mommaas speelde alleen interpretaties. Daar maakte hij wel een fascinerend geheel van.
Mehldau wordt met de jaren een steeds betere pianist, dat mag wel duidelijk zijn. Op elke nieuwe plaat hoor je zijn groei, zowel als klassiek opgeleid pianist krachtig doorgroeiend en als jazzpianist steeds weer meer de diepte in. Het is een genot deze muzikant te blijven volgen.
Après Fauré is een even speciale als machtige muzikale exercitie. De manier waarop Mehldau achtereenvolgens Nocturne No. 13 in B Minor, Op. 119, Nocturne No. 4 in E-Flat Major, Op. 36 (c. 1884) en Nocturne No. 12 in E Minor, Op. 107 (1915) oppakt is indrukwekkend. Er is niets dat hier aan de jazzmuzikant Mehldau doet denken. Dit is volbloed klassiek en het zijn machtige versies die we hier horen en dat terwijl er zoveel vergelijkingsmateriaal in deze is. Vol souplesse en virtuositeit door Mehldau gespeeld zonder ook maar iets van de emoties in de stukken te missen.
Ook het laatste gedeelte van Après Fauré is gevuld met indrukwekkende stukken van Fauré: Nocturne No. 7 in C Minor, Op. 74 (1898) en een gedeelte uit het Piano Quartet No. 2 in G Minor, Op. 45 (c. 1887): III. Adagio non troppo. Wederom briljant gespeeld met steeds weer de exact juiste wendingen en emoties. Het is een wel heel fijne herontdekking van het werk van Gabriel Fauré.
Het mooiste van het album heeft Mehldau in het midden van het album gestopt. Dat zijn de eigen stukken die hij met Fauré in gedachten opnam: Prelude, Caprice, Nocturne en Vision. Juist ook omdat we hier Mehldau als vrij jazzmuzikant horen die naast zijn voorliefde voor Bach nu ook de invloed van Fauré op zijn spel blootgeeft.
Zijn spel is, zoals we dat zo goed van hem kennen, vol avontuur, intens en ronduit virtuoos. Ongelooflijk hoe hij vanuit klassiek jazzelementen toevoegt. Mooi dat we nu na al die jaren het romantische werk van Fauré, dat toch verrassend vaak aan het werk van Chopin doet denken, in Mehldau’s spel kunnen verklaren.
De vier stukken waarin Mehldau de liefde voor Fauré laat horen behoren niet alleen tot de mooiste van dit album maar zijn dus al even belangrijk voor iedereen die Mehldau over de decennia volgt. Après Fauré is een erg mooie aanvulling op zijn oeuvre.